Van Annelies Verbeke verscheen het voorbije jaar een roman die ‘Dertig dagen’ heet. Dat kan zelfs de diepslapende recensent niet ontgaan zijn. ‘Dertig dagen’ werd door de Nederlandstalige pers haast unaniem doodgeknuffeld. ‘Een klusjesman met een gave houdt Vlaanderen een spiegel voor’, schreef Mark Cloostermans in De Standaard en noemde Verbekes vierde roman ‘een moedig, inspirerend en aangrijpend boek’. In HP/De Tijd stond te lezen: ‘Verbeke is hard maar niet cynisch, geëngageerd, maar niet moralistisch. ‘Dertig dagen’ is een roman die tegelijk de goedheid en de slechtheid van de wereld beschrijft, die evenveel reden biedt tot optimisme als tot neerslachtigheid.’ Vier sterren in De Morgen en een lofrede die luidde: ‘Geraffineerd bespeelt Verbeke het register van de dualiteit: leven en dood, goed en slecht, vriend en vijand gaan nauw met elkaar samen. Dat besef dringt ten volle door aan het slot van de roman.’ En zo kan nog wel even worden doorgegaan.
In haar vorige romans behandelde Annelies Verbeke telkens een groot thema: onrust in ‘Slaap!’, het geweten in ‘Reus’, wanhoop in ‘Vissen redden’. In ‘Dertig dagen’ staat ontegensprekelijk goedheid centraal. ‘Het is een thema dat de rode draad vormt doorheen heel wat vragen die mensen bezighoudt. Want waarom worden bijvoorbeeld diegenen die anderen ontzien en ondanks alles vriendelijk blijven als soft of hypocriet aanzien?’, zo vroeg ze zich in een gesprek met Knack.be luidop af. ‘Niemand durft het er echt over te hebben, auteurs schrijven er nauwelijks over. Op goedheid rust een taboe.’
Doorgaan met het lezen van “Dertig dagen | Annelies Verbeke”